Hoe organiseer je massa’s mensen nu zo, dat ze kunnen samenwerken in hele grote groepen, zonder dat ze langs elkaar heen werken of elkaar in de weg lopen?
Regels, heel veel regels maken, en die vastleggen op papier, zodat werknemers zouden kunnen weten wat ze zouden moeten doen, is de organisatiereflex. Vaak is dat ook begrijpelijk: als er vliegtuig neerstort, of een bankrekening niet tot op de cent klopt, dan wil je tóch wel een schuldige kunnen aanwijzen, of nog beter: je wil dat voorkomen.
Echter, die procedures komen de kwaliteit van het werk of de communicatie niet altijd ten goede. Werknemers vinden dan weer allerlei slimme wegen om, al dan niet met een lichte aanpassing van de regels, ‘gewoon’ hun werk te doen. Gewoon betekent dan vaak: goed, mits je kijkt door de bril van de medewerker.
Hoe inventief medewerkers zijn in hun werk goed doen, toont zich soms op een bijna onzichtbare manier. Zo ging een treinconducteur recentelijk even een speciale tang halen om het kaartje van mijn dochter te knippen. De spanning steeg, en het resultaat gaf een feestelijke verwondering die de hele reis naar Maastricht voortduurde. Ja, hoe makkelijk is het soms om een vijfjarige blij te maken.
Nu, maanden later, zwerft het kaartje nog steeds door ons huis. Mijn dochter blijft overtuigd voorstander van de trein boven de auto. En dat alles door een goedkoop dolfijntangetje van de Action. Ik vraag me af wat het zou kosten wanneer je zo’n effect als bedrijf probeert te organiseren.
Ja, laat ze maar schuiven, die werknemers. Nou maar hopen dat het tangetje niet in een werkprocedure wordt gevangen.
to English